Djembeles te Rotterdam Djembe workshop Djembe ritmes informatie over de djembe Kopen van een djembe Djembegroep Kawienbi Contact informatie
Maskers  

Bij veel djemberitmes worden verhalen verteld over gemaskerde dansers die door deze ritmes begeleid werden. Op deze pagina wil ik graag een opsomming geven van de diverse bij mij bekende maskers met een korte beschrijving, zijnde achtereenvolgens: De naam van het masker, afkomstig van welke stam (of deel van een stam), naam van het begeleidende ritme, de oorspronkelijke begeleiding (met name de maskers afkomstig van andere stammen dan de Malinke, werden origineel door andere instrumenten dan de djembe begeleid) en overige bijzonderheden. Deze lijst is bij lange na niet volledig,  maar is opgezet als een eerste indruk. Uiteindelijk wil ik van alle maskers ook een afbeelding plaatsen, maar het gaat even duren voor ik klaar ben met inscannen en op het internet vinden van geschikte afbeeldingen. De maskers waarvan ik reeds een afbeelding op mijn website heb staan zijn onderstreept. Door op de onderstreepte naam te klikken ziet u het bijbehorende masker. Wat de namen van de maskers betreft: Er bestaan talloze verschillende spellingsvarianten die soms heel ver uit elkaar liggen (bijvoorbeeld: Laniboï of Laney Bowey). Soms geef ik daarom een alternatieve  spellingsvariant.

Ik wens u veel plezier op deze pagina!

Masker: Yoki (joqui, etc.). Origine: Baga Kaloum. Ritme: Yoki of Guine Fare (=vrouwendans, van guine=jonge vrouw en fare=dans, dit laatste omdat het hier zich handelt om een vrouwelijk masker, maar de danser onder het masker is altijd een man, vandaar dat Yoki meestal veel sneller gespeeld wordt dan Guine Fare). Originele naam: Zigiren Wonde. Oorspronkelijk begeleiding met wassahoumba (kalebasratel). Er bestaat een tweede versie van dit masker dat Sa Sira Ren heet. Beide maskers worden afwisselend aangeduid met de namen Yoki en Simo Guine (van simo=fetish en guine=jonge vrouw). Zigiren Wonde staat symbool voor de jonge bruid (met enigszins hangende borsten ten teken dat ze reeds kinderen heeft gekregen) en Sa Sira Ren voor de jonge ongetrouwde meid (met pronte vooruitstekende borsten).

Masker: Sorsornet. Origine: Baga Sitemu. Ritme: Sorsornet (Sornet, etc.). Ook bekend als “de Kakilambe des Jeunes” (de Kakilambe van de jongeren). Originele begeleiding: Onbekend, maar waarschijnlijk wassahoumba omdat het ook hier een jong vrouwelijk masker betreft. Het masker groeit gedurende de ceremonie (sorsornet=zich verheffen).

Masker: Kakilambe. Origine: Baga Sitemu. Ritme: Kakilambe. Oorspronkelijk begeleiding met sengbeng (Baga versie van de sangban, zonder bel, maar met trossen bellen die ofwel aan de trommel zelf hingen, ofwel om de heupen van de spelers en die meerammelden met de simultaan uitgevoerde bewegingen van de speler). Originele naam: A Mantsho Ngo Pon (grote Meester). Meest machtige masker van de Baga Sitemu. Het originele masker is verloren gegaan. Er bestaan niet rituele versies van dit masker zijnde een steltdanser (waarschijnlijk een versie van gue gblin, zie aldaar) en een mannelijke versie van het masker sorsornet.

Masker: Nimba. Origine: Baga. Ritme: Onbekend. Oorspronkelijke begeleiding met sengbeng. Originele naam: Damba. Nimba wordt vaak omschreven als een vruchtbaarheids- of moedergodin, maar dit is een westerse misvatting. De Baga geloven in slechts één enkele god, Kanou genaamd. Nimba is het meest beroemde masker der Baga (maar zeker niet het machtigste).

Masker: Bansonyi. Origine: Baga. Ritme: Onbekend. Waarschijnlijk eveneens begeleid door sengbeng. Originele naam: A Mantsho na Tschol (Meester van de medicijn). Bansonyi is het beroemde slangenmasker en één van de belangrijkste maskers der Baga. Bij sommige Bagastammen zelfs de machtigste. Volgens sommige bronnen werd Bansonyi geboren uit een ei van de Ninkinanka, een enorme mythische python.

Joumbo (Youmba, Yombo, etc.). Origine: Baga. Ritme: Joumbo. Joumbo is een vrouwelijk masker waarvan gezegd wordt dat zij uit de zee komt. Een verwant masker, Yombofissa genaamd,  is daarom tevens voorzien van een vissenstaart. Joumbo (Yombo) en Yombofissa behoren tot een groep maskers die men langs de gehele kust van West-Afrika aantreft en ook wel worden aangeduid met de verzamelnaam "Mami Wata " (Moeder Water). Deze maskers zijn waarschijnlijk geïnspireerd op de boegbeelden van met name Portugese oorlogsschepen in de vorm van een zeemeermin. Joumbo en Yombofissa worden veelvuldig met twee andere vrouwelijke maskers verward: Tiyambo en Signal. Deze zijn echter eenvoudig te onderscheiden: Tiyambo heeft één of twee hoorns op het hoofd en Signal draagt een kapsel van felgekleurde vlechten.

Masker: Banda: Origine: Nalou. Ritme: Sinté. Oorspronkelijk begeleid met grote spleettrommels (krin, tali). Bij de Baga Mandori (die de cultuur van de Nalou grotendeels hebben overgenomen) heet dit masker Koumbarouba.

Masker: Mendiani. Origine: Malinke uit Mandiana. Ritmes: Den/Lafè/Dennadon, Dennabedoundoun, Manamba/Afia/Marabadoundoun, en Mendiani/Boundiani, zijnde verschillende ritmes, danwel verschillende namen voor deze ritmes. Oorspronkelijk begeleid door djembe's en grote talkingdrums in plaats van doundouns. Mendiani was oorspronkelijk een rondtrekkend magisch vrouwengenootschap met grote macht. In de huidige tijd is daar alleen een dans voor jonge meisjes van over.

Masker: Kawa. Origine: Malinke uit Faranah. Ritme: Kawa. Originele begeleiding met djembe, doundouns en/of talking drums. Kawa is een fetish-priester.

Masker: Soliwoulen (Solilèn ,etc). Origine: Malinke uit Gberedou en Hamana. Ritme: Soliwoulen (=rode panter, van woulen=rood) of Panthère. Originele begeleiding met djembe en doundouns. Ook Soliwoulen is een fetish-priester. Sommige bronnen beweren dat de Soliwoulen een machtigere status had dan de Kawa.

Masker: Konkoba (Concuba). Origine: Malinke uit Siguiri. Het masker wordt begeleid door bala (balafon), sendjani en djelidoundoun. De vrouwelijke djeli's (lofzangers, afstammelingen van de lofzangers die dienden voor de vroegere West-Afrikaanse koningshuizen), spelen hierbij op de daro, een bel met een interne klepel en de karignan, een soort holle buis. Het originele masker is in het bezit van de familie Kouyate uit Siguiri. Er bestaat een tweede versie van dit masker dat in het bezit is van de familie Diabate uit Tokounou. Ook is er sprake van een rode versie van dit masker en een zwarte, waarbij de zwarte versie wordt beschouwd als de machtigste en meest geheime.

Masker: Konden. Origine: Malinke. Ritme: Konden. Oorspronkelijke begeleiding met djembe's en doundouns. Konden is een masker waarvan gezegd wordt dat hij stoute kinderen kan ontmaskeren en bestraffen (van den=kind). Konden danst meestal samen met Balani (het stekelvarken) een masker dat ook zijn eigen ritme kent. Balani verschijnt daarbij als eerste en haalt allerlei kattenkwaad uit. Daarna verschijnt de Konden ten tonele, waarbij het ritme overgaat naar het ritme Konden. Een tijd lang dansen ze samen, waarbij de Balani de Konden voortdurend uitdaagt. Aan het eind van het feest jaagt de Konden onder luid gejoel de stoute Balani van de Bara (dansplaats) af. In sommige streken wordt het geheel voorafgegaan door een ander masker dat Petit Konden of Tourani Gbanan genoemd wordt.

Masker: Koma (Komo, Cuomo). Origine: Malinke en Bambara. Ritme: Komo (Komodon, Komofoli, etc, niet te verwarren met Komodenou, dat kinderen van de Komo betekent). Originele begeleiding met djembe's, doundouns en/of talking drums bij de Malinke en bara (kalebastrommel) en bonkolo bij de Bambara. Oorspronkelijk het meest machtige masker van de Malinke en Bambara. Originele maskers bevinden zich alle in museumcollecties, maar in de huidige tijd zijn er hier en daar moderne versies voor in de plaats gekomen. De Bambara maskers zijn anders van vorm dan die der Malinke, maar zijn eveneens versierd met vele hoorns. De moderne Koma maskers zijn meestal veel naturalistische.Het Koma masker was het exclusieve bezit van de mannen. De vrouwen hadden hun eigen masker: De Niaga, begeleid door het ritme Niaga (Nyagwa). Men zegt dat de vrouwen voor dit masker geheel naakt dansten.

Masker: Fouaba (Fuaba). Letterlijk: Oude akker (foua=akker). Origine: Malinke uit Faranah. Fouaba bestaat uit een mannelijk en een vrouwelijk masker, die oude wijze mensen moeten voorstellen. Het erbij gezongen lied luidt: "Een oude akker is geen woestijn". De oude akker, waarop door uitputting van de grond niets meer groeien wil, staat symbool voor oude mensen. Oude mensen zijn welliswaar niet meer productief, maar je mag nooit vergeten wat ze in het verleden voor je betekend hebben. Zij beschikken over de kennis en wijsheid van een leven lang ervaring.

Masker: Soboninkoun (Sogoninkoun). Origine: Malinke uit Wassoulou. Ritme: Soboninkoun. Begeleiding op djembe, sangban en kensedeni. Soboninkoun betekent "klein dierenhoofd". Het masker stelt een kleine antilope voor die Kondani wordt genoemd. Rituelen rond dit masker zijn nauw verwant aan die rond het Chiwara masker der Bambara. Chiwara maskers worden begeleid door het ritme Chiwaradoundoun. Als gevolg van de voortschrijdende islamisering bestaat er ook een niet-rituele versie van het Soboninkoun masker, zijnde een gemaskerd persoon die acrobatische dansen uitvoert.

Masker: Yamama. Origine: Mandenyi (Mmani). Ritme: Yamama. Oorspronkelijke begeleiding: Onbekend. Dit masker wordt ook gebruikt door de Mende, een verwante stam uit Sierra Leone. Yamama behoort tot een groep van sterk op elkaar gelijkende Mende-maskers, te weten: Nawphalie (Nefaly), Gbainie (Gbonni) en Goboï. Gbainie is het belangrijkste masker van het Poro-verbond, een geheim genootschap in Sierra Leone en Nawphalie is zijn begeleider. Goboï is de geïslamiseerde (en daardoor openbare) versie van de Gbainie. Het is niet duidelijk met welk van deze maskers het Yamama-masker van de Mandenyi verwant is, maar aangezien Yamama een Arabische plaats is waar een belangrijke islamitische veldslag plaats vond, neem ik aan dat het Goboï is. De naam Yamama wordt ook in Sierra Leone gebruikt.

Masker: Djolé (Jollay). Masker uit Sierra Leone, dat gebruikt wordt door de Krio (Creolen, afstammelingen van voormalige slaven) en overgenomen is door de Temne uit Sierra Leone en de Baga en Sousou uit Conakry (Guinee). Ritme: Djolé. Oorspronkelijke begeleiding op zes Siko's van verschillende grote (twee dumbelekuns, time bell, wuloméi, rolling en baba). Siko's zijn platte vierkante trommels afkomstig van voormalige slaven. Voor deze slaven was trommelen verboden. Zij vermomden hun trommels daarom als stoelen, krukjes en andere huisraad. Sommige oudere Siko's hebben daarom nog steeds vier poten. In de huidige tijd is daar alleen de vierkante vorm van overgebleven. De bij het ritme gebruikte maskers zijn volgens de overlevering uit Nigeria afkomstig en via Sierra Leonese zeevaarders in havensteden als Freetown en Conakry terechtgekomen. De door voormalige slaven verspreidde ritmes staan ook wel bekend onder de verzamelnaam Gumbè. De naam Djolé is Creools en afkomstig van het Engelse woord Jolly (Jolly Rhythms).

Masker: Gue Gblin. Origine: Yacouba (ook wel Dan genoemd). Ritme: Onbekend. Oorspronkelijke begeleiding: Diverse samengebonden djembe's (djofoba, djembebala). Gue gblin is de beroemde steltdanser der Yacouba. Naburige stammen gebruiken gelijkvormige maskers, die onder evenzovele namen bekend staan (o.a. bij de Kono: Nyomo Kwuya en bij de Toma: Laniboï).

Masker: Zaouli. Origine: Gouro. Ritme: Zaouli. Oorspronkelijk is de zaouli geen vast bepaald ritme. Een groep trommelaars trok zich samen met het masker terug om een gezamenlijke choreografie te bedenken. De stappen van het masker dienden precies overeen te komen met de slagen van de trommelaars. Veel breaks uit de moderne djembemuziek zijn afkomstig van de dansen van de Zaouli.


De meeste hierboven beschreven maskers zijn tijdens de Jihad (in de jaren 50) van Asekou Sayon en Asekou Bokari verdwenen. Zij werden door de jihadisten geconfisqueerd en vervolgens verkocht of verbrand. De meeste maskers waren bovendien met strikte regels voor geheimhouding omgeven. Als gevolg daarvan is de kennis over deze maskers grotendeels verloren gegaan. Alles wat hierboven staat is dus niet meer dan een reconstructie en moet dus zeker niet als de definitieve waarheid worden gezien. Sinds de jaren negentig zijn een aantal maskers weer voorzichtig geherintroduceerd, maar hebben daardoor tevens een meer toeristisch en folkloristisch karakter gekregen.

De bronnen van bovenstaande informatie zijn, naast mijn voormalige djembeleraren, de boeken van Frederic Lamp ("Art of the Baga" en "See the Music, Hear the dance"), van Eric Charry ("Mande Music"), van Paul Julien ("Kampvuren langs de Evenaar") en informatie van Rachel Laget (waarvan ik hoop dat zij nog een keer een boek schrijft). Verder heb ik gebruik gemaakt van informatie op de internetsites donaba.net, webguinee.net en mandebala.net, alsmede de boekjes en hoesbeschrijvingen van diverse LP's en CD's. Ik dank hierbij mijn djembeleraren Asad Oberoï, Ali Camara, Kaloga Traore, Arafan Toure en Mamoudou (Mansa Camio) Camara en verder Fode Youla Camara (Fode Marseille), Koca (le vieux Coca) Camara, Kerfala (Laffakè) Camara, Mamady Keita, Fadouba Oulare, Famoudou Konate, Youssouf Koumbassa, Kabinet (Tagus) Traore, Ladje Camara en Rainer Polak, die allen hebben bijgedragen aan het oplossen van delen van de puzzel.

Djembeles te Rotterdam Djembe workshop Djembe ritmes informatie over de djembe Kopen van een djembe Djembegroep Kawienbi Contact informatie